Wanneer is het ijsheiligen: 12, 13 en 14 mei is het ijsheiligen. Na ijsheiligen mogen de eenjarige planten naar buiten.
Wat verstaat men onder, planten af-leggen:
Zomer bloeiende vaste planten kan men gemakkelijk vermeerderen door in het voorjaar de stengels van de plant op de aarde te leggen en dan zorgen dat de stengel waar 4 tot 5 bladeren aan zitten boven de grond uit komt, en dan een stukje van de stengel waar geen blad op zit voorzichtig de barst ervan beschadigen met je nagel of een scherp mesje, op ongeveer 5 cm lengte, daarna er wat tuinaarde overheen leggen en de tuinaarde wat aandrukken. Een klein beetje water geven bij droog weer kan de groei bevorderen.
Het verplanten ervan:
In het najaar moet de afgelegde plant voorzichtig uit de
grond gehaald worden zodat de wortels die zijn ontstaan niet
beschadigt raken, en kan de stek dan op de plaats van bestemming
geplant worden.
Dit geld ook voor de meeste vaste heesters, dit wordt ook vaak aangegeven als men spreekt over vermeerderen van planten en het af-leggen van planten.
Hars kan een hardnekkig goedje zijn wat van de bomen en takken
kan afkomen, het is zeer moeilijk te verwijderen, maar met de
onderstaande Tip is het geen probleem meer.
Hars van uw handen verwijderen.
Wrijf uw handen goed in met boter en de hars verdwijnt dan
vanzelf even naspoelen met water en zeep.
Dit zelfde zou u ook uit kunnen proberen als u hars op uw Auto heb
gekregen van onder een boom te staan of in het bos bent geweest. En
natuurlijk ook hier goed naspoelen met water en een vet oplossend
middel..
HEESTERS DOOR WINTERSTEK VERMEERDEREN.
Vermeerdering: van heesters door stekken in oktober.
Winterstek, is de gemakkelijkste methode.
Vele heesters - en bomen - kunnen het gemakkelijkst vermeerderd
worden door middel van winterstek. Afgezien van water geven in droge
perioden en van rondom schoffelen vraagt de stek de eerste 12
maanden geen verzorging. De jonge heesters zijn dan zo ver dat ze op
hun definitieve plaats kunnen worden uitgeplant.
Winterstekken zijn krachtige takken die net één groeiseizoen achter de rug hebben en verhout zijn. Ze hebben over de hele lengte knoppen waaruit in de volgende lente scheuten zullen ontstaan. Snijd de stekken bij voorkeur in oktober wanneer ze niet meer groeien en juist hun rustperiode ingaan. Sommige heesters zullen op elk tijdstip in de late herfst en in de winter uit winterstek willen groeien, maar bij andere hangt het succes sterk af van het moment waarop het stek wordt gesneden.
Snijd de tak met een snoeischaar dicht bij zijn oorsprong af en
kort hem dan in tot een lengte van 25-30 cm. Als de tak erg lang is
kunnen er twee of meer stekken van gemaakt worden, maar de
niet-verhoute, dunne top is minder geschikt omdat deze een zwakke
plant zou geven of in het geheel niet zou wortelen. Snijd de stek
aan de onderkant net onder en aan de bovenkant net boven een knop
af.
Snijd bij groenblijvende heesters de stek net onder en boven een
blad af en verwijder alle bladeren van de onderste helft.
Van heesters met grote bladeren zoals de laurierkers wordt met
een scheermes of een scherpe schaar de helft van het blad
weggenomen. Dit vermindert het vochtverlies tijdens de beworteling
van de stek. Bij moeilijk wortelende heesters reageert de stek
dikwijls goed op een verwonding; deze kan worden toegebracht door
onderaan aan één of twee zijden een stukje bast weg te snijden.
Sommige moeilijk wortelende heesters kunnen worden geholpen door het
wondvlak in een groeistof te dopen.
Voor u stek snijdt bepaalt u eerst de plaats waar u het stek gaat
planten. Deze moet beschut zijn tegen noorden- en oostenwind. Spit
de grond en werk door zware grond wat grof zand om afwatering en
beluchting te verbeteren.
Maak een smalle sleuf door het blad van een schop geheel in de
grond te steken en dan de schop enkele centimeters naar voren te
trekken.
Strooi een laag grof zand van 3-5 cm in de sleuf en steek de stekken
zo in het zand dat ze voor de helft of tweederde van hun lengte in
de grond komen. Steek de stekken met een afstand van 8-io cm op de
rij en maak de rijen op 6o cm van elkaar. Vul de sleuf verder op met
tuingrond en druk die met de voet aan. Na strenge vorst kunnen de
stekken omhoog komen. Druk elke stek met duim of vinger terug zodat
de onderkant weer contact heeft met het zand of de grond. Druk in de
vroege lente de grond opnieuw goed aan, schoffel de hele zomer
regelmatig en geef bij langdurige droogte water.
Een jaar later zullen de stekken van gemakkelijk wortelende planten klaar zijn om op hun definitieve plaats in de tuin te worden uitgeplant. Soorten die langzamer wortelen en/of groeien zullen nog een jaar langer moeten blijven staan voor ze elders in de tuin kunnen worden uitgeplant.
VASTE PLANTEN
Vermeerdering door delen (scheuren)
Oprooien van te dicht gegroeide planten.
Delen is voor de meeste vaste planten de eenvoudigste vorm van vermeerdering. De pol wordt compleet met wortels en groeiknoppen uit de grond gehaald en in stukken getrokken of gesneden die alle zullen uitgroeien tot een plant die volkomen gelijk is aan de ouderplant.Delen dient te gebeuren in de rustperiode tussen oktober en maart, maar niet bij vriezend weer. Langzaam groeiende en vroegbloeiende vaste planten kunnen het best in de herfst worden gedeeld.De methode wisselt en hangt samen met formaat en type van het wortelgestel. Na het oprooien kunnen kleine jonge pollen gemakkelijk met de hand uit elkaar getrokken worden, maar oudere en te dicht geworden planten, waarvan de wortels een verwarde massa hebben gevormd, moeten met twee rieken uit elkaar getrokken of met een scherp mes gescheiden worden. Planten met een wortelstok worden gedeeld door stukken met jonge wortels van de hoofdwortelstok af te halen en knolgewassen worden in afzonderlijke knollen gesplitst.Bij het oprooien mag de grond niet bevroren of klef zijn. Steek dicht bij de pol een riek in de grond. Licht de pol iets op en trek de riek weg; herhaal dit aan de andere drie kanten van de pol en til hem dan voorzichtig uit de grond.Verwijder met de vingers zoveel mogelijk grond van de wortels, waarbij geen vlezige wortel of knol beschadigd mag worden. Het kan nodig zijn de pol in water uit te spoelen zodat de groeiknoppen duidelijk zichtbaar worden.
Het delen van planten met wortelstok Planten met wortelstok kunnen gemakkelijk worden opgerooid, daar de wortelstok, in wezen een gezwollen ondergrondse stengel, vlak onder de oppervlakte groeit. Bergenia, monarda, physalis en polygonatum zijn planten met wortelstok en elke plant kan in verschil lende nieuwe worden gedeeld. De beste tijd hiervoor is het vroege voorjaar, juist als de nieuwe groeiknoppen uitlopen. Neem de plant op en brokkel er alle aarde af zodat de oude hoofdwortelstok en de jongere, ondergrondse zijstengels ervan-zichtbaar worden. Kies een aantal van deze zijstengels uit, elk met twee of drie sterke groeiknoppen of krachtige jonge scheuten en gezonde wortels. Elke 5-8 cm lange zijstengel van de wortelstok is geschikt om herplant te worden. Men kan de jonge wortelstokken met de hand van de hoofdwortelstok afhalen, maar om beschadiging van de weefsels te voorkomen is het beter ze met een scherp mes af te snijden. Doe de oude wortelstok weg en snijd de nieuwe bij tot juist onder een bundel gezonde haarwortels. Snijd alle stompjes en rotte plekken van de gekozen stukken af en verwijder dorre bladeren en bladstelen. Plant de jonge wortelstokken meteen, met de wortels naar beneden en tamelijk diep, zodat de wortelstokken goed vastzitten op ongeveer dezelfde diepte als bij de oorspronkelijke plant.
Het delen van jonge vaste plantenJonge, bossig groeiende vaste planten met vezelachtige wortels, zoals bijvoorbeeld helenium, rudbeckia en aster, zijn gemakkelijk te delen. Na het rooien kunnen ze met de hand of een kleine riek uit elkaar worden getrokken in delen die elk gezonde wortels en sterke groeiknoppen vertonen. Snijd alle dode wortels en bladeren weg. Herplant de delen meteen op hun definitieve plaats tenzij ze erg klein zijn; is dit laatste het geval kweek ze dan in een hoekje op tot de volgende herfst.
Delen van vezelachtige en vlezige wortels.
Grote, te dicht gegroeide vaste planten niet vezelachtige wortels, zoals heleniums en phloxen, zijn dikwijls moeilijk te delen, daar onder- en bovengroei één dichte massa vormen. Als de pol uit de grond is gehaald, moeten er twee rieken rug aan rug middenin worden gestoken. Trek de pol dan in tweeën door de stelen van de rieken eerst tegen elkaar en dan uit elkaar te drukken. Herhaal deze handeling totdat de pol in tweeën splijt en deel iedere helft opnieuw.Snijd met een scherp mes het houtige hart uit elk deel en doe het weg; deel de rest in gezonde stukken, elk met ongeveer zes knoppen ofscheuten. Verwijder dode of rotte wortels en uitlopers vóór het uitplanten van de delen. Geef ze water als ze droog zijn. Planten met taaie, houtige wortelrozetten zoals baptisia en rheum, kunnen niet met rieken worden gedeeld. Snijd die met een scherp mes door en plant de delen direct.Planten met vlezige wortels zoals agapanthus en hosta worden op dezelfde manier gedeeld als jonge vaste planten.
Het vermeerderen van vaste planten uit stekHet delen van knolgewassen
De manier van delen van knolgewassen hangt samen met het type knol.Rooi de pol op en haal er voorzichtig de aarde af. Zo nodig worden de planten in een emmer water uitgespoeld, zodat de groeiknop-’ pen duidelijk zichtbaar worden.Wortelknollen, zoals bij hemerocallis en pioen, hebben groeiknoppen op de plaats waar de vlezige wortels bij elkaar komen. Snijd de pol van boven naar beneden door en deel zo de plant in afzonderlijke stukken die elk een deel van de knol met groeiknoppen hebben. Plant ze meteen. Stukken met slechts één knop hebben gewoonlijk langere tijd nodig om zich te herstellen dan die met drie zijwortels en meerdere knoppen.Deel pioenen alleen als ze te dicht worden, want ze hebben meestal één of meer seizoenen nodig om zich ervan te herstellen. Het delen moet in de herfst gebeuren.De kleine, op klauwtjes lijkende knollen van anemonen en liatris kunnen met de hand uit elkaar worden getrokken. Grote knollen kunnen met een mes in stukken worden gesneden, waarbij elk stuk een sterke groeiknop moet hebben.Het nemen van kopstek in zomer en herfst
Sommige vaste planten, in het bijzonder struikachtige zoals
Centaurea gymnocarpa, penstemon, scdum, enkele saxifraga’s en
ook bladplanten zoals anthemis en ruta kunnen het best door kopstek
worden vermeerderd. Dit neemt men in de nazomer of vroeg in de
herfst van de uiteinden van niet-bloeiende zijscheuten.Neem de 8-to
cm lange stekken, elk met minstens drie bladknopen, van de top van
gezonde bladstengels.Vul een pot tot juist onder de rand met
gelijke delen turfstrooisel en grof zand of met stekgrond. Een to cm
pot kan ongeveer zes stekjes bevatten. Snijd met een scherp mes of
een scheermesje elke stek precies onder de laagste bladknoop recht
af en pluk of snijd het onderste bladpaar er af. Maak met een
potlood ondiepe plantgaten in het grondmengsel en druk de stekken er
tot aan de onderste bladeren in. Druk de grond rondom met de
vingers aan. Geef bovenop flink water en steek een label bij de
stekken. Bedek de pot met een plastic zak en sluit die van onder
met een elastiekje. Om te voorkomen dat het plastic in aanraking
komt met de stekken, kan men twee bogen van ijzerdraad onder het
plastic plaatsen. Zet de opgepotte stekken in een geschermde koude
bak om ze aan de wortel te brengen.Men kan de stekken ook zonder pot
in een kweekbak met een bodemwarmte van 16°C zetten. Na vier of zes
weken (minder in een kweekbak) moeten de stekken wortels hebben.
Trek er zachtjes aan. Als ze niet loslaten, zijn ze beworteld en
kunnen ze uit het plastic omhulsel of de kweekbak worden gehaald.
Laat de stekpotjes nog vier of vijf dagen in de bak en haal de
stekken er dan uit door de pot ondersteboven te keren zodat het
grondmengsel er tezamen met de bewortelde stekken als één geheel uit
komt. Scheid de bewortelde stekken voorzichtig en pot ze
afzonderlijk op in een 8 cm pot met potgrond. Elke stek stevig
aandrukken en flink gieten. Daarna goed laten uitlekken.Zet de
potten ongeveer een week in een geschermde koude bak. Knijp daarna
de groeipunt uit elk stekje. Dit maakt dat de planten een sterk
wortelsysteem in plaats van bovengroei ontwikkelen. Laat de stekken
in een gesloten koude bak overwinteren en plant ze in het voorjaar
wanneer het gevaar van nachtvorst voorbij is uit.
Het nemen van basisstek in het voorjaar.De meeste pollenvormende
vaste planten zoals anchusa, armeria, hertshooi, lupine,
ridderspoor, scabiosa en vele andere, worden niet alleen
vermeerderd door delen, maar ook door stekken van jonge scheuten die
in het voorjaar aan de basis van de planten verschijnen. Snijd
enkele van deze basisscheuten, als ze 8-to cm lang zijn, bij de
grond of juist daaronder, af. Zet de stekken in de koude bak, hetzij
rechtstreeks in de grond,of in 8 cm potten met een mengsel van
gelijke delen turfmolm en zand of een andergeschikt stekgrondmengsel.
Het voordeel van het stekken in pot is, dat de stekken elk gewenst
moment zonder ze te verplanten kunnen worden verplaatst,
bijvoorbeeld om ze na het wortelen af te harden. Houd de stekken
goed vochtig door ze van boven te sproeien en doe de bak dan weer
dicht. Als de nieuwe groei zichtbaar wordt, moet door geleidelijk
de bak verder open te zetten meer lucht worden toegelaten. Na
ongeveer zes weken worden de stekken afzonderlijk opgepot in 8 cm
potten gevuld met potgrond. Zet de planten in de herfst op hun
definitieve plaats. Vaste planten van wortelstekPlanten
die te klein zijn om te worden gedeeld kunnen vanaf de herfst tot
aan het vroege voorjaar uit wortelstek worden vermeerderd. Dikke of
vlezige wortels, zoals die van dicentra, papaver en romneya, worden
in 5-8 cm grote stukjes gesneden. Snijd het boveneind recht en het
ondereind schuin af. Vul grote potten of diepe kistjes met een
mengsel van gelijke delen turfstrooisel en zand. Maak een aantal
plantgaten, 5 cm uit elkaar en 5-8 cm diep. Zet de stekken er
verticaal tot aan de platte top in en dek alles af met een halve cm
zand. Dunne wortels zoals van phlox en verbascum worden in iets
kortere stukjes, van ongeveer 5 cm, gesneden. Leg deze plat op de
aarde en bedek ze met een halve cm stekgrond. Laat beide typen stek
de hele winter in een gesloten koude bak. In het voorjaar worden de
stekken die dan beworteld zijn en drie of vier paar blaadjes hebben
ontwikkeld, apart opgepot in 8 cm potten met stekgrond. Zet de
potten in de zomer buiten en plant de stekken in de daarop volgende
herfst uit.
Katten weghouden uit uw tuin:
het kan effectief zijn om planten in je tuin te zetten die geuren
verspreiden waar katten een hekel aan hebben. Hier onder een aantal
planten waar een kat niets van moet hebben en dus op een natuurlijke
milieu vriendelijke manier dan ook uit uw tuin blijft.Dictamnus
(vuurwerkplant)
Ruta graveolens (wijnruit)
Geranium macrorrhizum (ooievaarsbek/tuingeranium)
Aloysia triphylla (citroenverbena)
(Tagetes) Afrikaantjes
Boerenwormkruid
Ruta graveolens (wijnruit) helpt ook bij het op afstand houden van
katten.
Struiken met doorns en stekels (meidoorn vuurdoorn, klimroos, hulst,
berberis)Nog een goede milieuvriendelijke manier om katten
te verjagen zijn de onderstaande middelen. Het is uiteraard
geen aangename manier voor de katten maar wel een doeltreffende
methode voor u zelf, om de katten uit uw tuin te houden.peper
strooien op de plaats waar de katten het te bont maken
mottenballen langs de afsluiting strooien
citroenschillen leggen tussen de planten
strooien van koffiedik
Rechter verbiedt katten te poepen in de tuin van de buren.
Loslopende katten die in andermans tuinen poepen zijn verboden. Hun eigenaren lopen de kans een dwangsom opgelegd te krijgen wanneer zij hun troeteldieren, voor tuinliefhebbers vaak een doorn in het oog, laten kuieren over de grond van de buren. Het poepen, vernielen van planten of opeten van jonge vogeltjes hoeft niet eens te worden bewezen. Dit blijkt uit een vonnis in 1997 van de rechtbank van Maastricht in de eerste zaak die rond deze veel voorkomende vorm van kattenoverlast werd aangespannen. Aan het vonnis van de rechtbank hebben kattenhaters niet veel steun. In die zaak ging het om iemand met vier katten, die regelmatig buurmans tuin bezochten om daar in keurig gegraven kuiltjes hun stinkende uitwerpselen te deponeren.
Katten poep kan geen kwaad voor de planten.
Maar de kattenontlasting kan wel een aantal ziektes
veroorzaken.
Die overgebracht kunnen worden op mensen.
Let dus goed op als u groenten in uw tuin heeft staan.
OnkruidbestrijdingIedereen heeft wel een gieter in huis.
Die vul je voor 3/4 met
water en 1/4 met SCHOONMAAK AZIJN. Het kan ook in een sproeier. Je
hele terras inspuiten. En het geheel lekker een paar dagen in de zon
laten drogen. En je spoelt het zo weg. Gebruik je het onverdund op
je terras heb je ook meteen geen onkruid meer. Dit wordt al vele
jaren in de kassen gebruikt.
In de ecologische landbouw wordt azijn gebruikt om onkruid te
bestrijden. Het spuiten van een oplossing van 5 tot 10 procent azijn
in water doodt de onkruiden vossenstaart en het hardnekkige
akkerdistel tijdens de eerste twee weken van hun groei. Gras op
paden en opritten en het groen tussen tegels kun je op deze
milieuvriendelijke manier weg krijgen.Luizen: bladluis, zwarte luis,
bloedluis en wolluis, zorgen voor schade aan jonge knoppen en jonge
takken doordat ze met hun monddelen sap zuigen uit de jonge bladeren
en takken van de bonsai, wat in een later stadium resulteert tot
beschadigde, onvolgroeide bladeren en takken.Wat ook een
mogelijkheid is om bladluis van uw planten weg te krijgen.
U kunt ook water met een scheut spiritus vermengen en met een
plantenspuit op de bladeren spuiten. Herhaal dat enkele dagen later
nog een aantal malen en bent u van uw bladluis af.Bestrijding:
Spuiten met een oplossing van peuken en een beetje zeep, herhaal dit
om de 10 dagen, omdat de levenscyclus van een luis 10 dagen is en
dan de eitjes weer uitkomen waarna men weer met een nieuwe
besmetting zit.Een probaat middel tegen veel ongedierte:
Doe 10 sigarettenpeuken in een kopje met water, laat dit 24 uur staan, zodat de nicotine in het water kan trekken. Zeef de volgende dag het tabaksgruis uit het water en voeg dit concentraat toe aan een liter water, doe hierbij een klein scheutje zeep (uitvloeier) en spuit dit op de te behandelende planten. Herhaal dit, om de 10 dagen minimaal 3x.
Bent u aan het schilderen geweest en zitten uw handen vol verf? Gebruik dan beslist geen terpentine, dat is slecht voor de huid. Neem het filterzakje van de koffiepot, schud de koffiedrap op uw handen en wrijf dat een poosje goed in de huid. Daarna lekker wassen met water en zeep en u zult zien hoe mooi schoon uw handen weer zijn. Maar dit zelfde werkt ook uitstekend, als u bruine vingers heeft van het roken.
(Witte)
plastiek tuinmeubelen krijg je weer als nieuw met (goedkope) tandpasta. Met een vochtige stevige spons (niet met een schuurspons) met tandpasta en een weinig water schuren.Begieten der tuinpaden bij droog weer met schoonmaak azijn belet het opkomen van onkruid.
Een grotere fruitoogst krijgt men door besproeien van de bomen ten tijde van de bloei.
Vol, fris fruit oogst men, als de bomen op de dag vóór de pluk flink. besproeid worden.
Boomkanker geneest men door de bomen te bestrijken met houtazijn.
Appelbomen, zoete pruimen, zoete kersen, perziken en bessen hebben meer kalk nodig dan peren, morellen en kwetsen.
Vruchtbomen beschermt men tegen mussen, doordat men een klos garen kriskras over de boom in kwestie werpt. De mussen blijven met de vleugels daarin hangen.
Meeldauw en ander klein ongedierte vernietigt men, als men ca. 2 eetlepels keukenzout op een grote emmer water oplost en daarmee de aangetaste plekken besprenkelt.
Voorkomen van mieren. Spray azijn rond deuren, apparaten en langs andere plekken waar je ooit mieren gezien hebt.
Mieren verdelgen, Alleen als men er echt last
van heeft? zoniet laat ze dan gewoon hun natuurlijke gang gaan, daar
ze ook nuttig kunnen zijn in uw tuin.
Er zijn verschillende opties:
- Het uitstrooien van: lavendel, tijm, marjolein, tomaat en varens.
- Het planten van boerenwormkruid, afrikaantje en goudsbloemen in uw
tuin.
- Het uitgieten van uien- en knoflooksap.
- Het uitstrooien van rode peper, koffiedrap, kruidnagel,
knoflookpoeder,
gebroken eierschalen en kalk. Mieren houden van warmte en bouwen
daarom bij voorkeur een nest onder bestrating. Geef ze geen kans:
zorg voor een stevig gevulde voeg tussen de tegels en houdt de
bestrating onkruidvrij door geregeld te vegen.
Koolstronken moet men na de oogst verbranden, daar ze door insecten bij voorkeur als broedplaats gebruikt worden.
Tegen de wijnluis plant men tomaten tussen de stokken.
Rupsen op rozenstruiken doodt men, als men de natte struiken met as van tabak bestrooit.
Moeten rozen pas in de herfst bloeien, dan breekt men de knoppen tot de gewenste tijd eraf.
Plant men hennep om groentebedden, dan zijn deze tegen rupsen en insecten beschermd.
Hetzelfde bereikt men, als men tomaten tussen groente plant, daar de lucht van deze planten de vlinders verdrijft.
Spitsmuizen moet men niet doden, daar deze van
slakken, wormen en insecten leven.
Naaktslakken.
De naaktslak is een alleseter. Hosta’s, herfstasters en het
harige longenkruid gaan er ’s zomers in als koek. Als het maar groen
is. In een jaar dat er veel slakken zijn worden de smakelijkste
gewassen tot aan de grond toe opgegeten. De volgende lente komen de
planten weer boven de grond alsof er niets gebeurd is, maar ook de
naaktslak is weer gesignaleerd.
Naaktslakken behoren tot de weekdieren die
ademen via de longen. Als u het diertje wat beter bekijkt, dan ziet
u achter de kop met de vier uitsteeksels een opening. Dit is geen
oog, maar hierdoor haalt hij adem. Het doorgaans donkerbruine dier
dankt zijn naam aan het feit dat hij geen huisje meehoeft te zeulen.
Althans niet zichtbaar. Onder zijn glibberige huid verbergt hij
een overblijfsel van wat ooit een slakkenhuis was.
Afgezien van onze geliefde sierplanten en
zorgvuldig gekweekte groenten bestaat het menu van de naaktslak uit
schimmels, knollen, mest, keukenafval, en…giftig lokaas dat
tuin”liefhebbers” rondstrooien om het dier te bestrijden.
In vrijwel alle slakkenbestrijdingsmiddelen zit de zwaar giftige
stof metaldehyde. Sommige producten bevatten ook methiocarb, een
insekticide dat kankerverwekkend is. Beide vergiften doden
niet alleen slakken, maar ook egels, marters, dassen,
vogels en uw geliefde kat of hond. Er sterven jaarlijks vele
huisdieren aan slakkendoders, zonder dat de eigenaar zich hiervan
bewust is.
Ga de slakken liever op een milieuvriendelijker manier te lijf. De diertjes worden aangetrokken door vocht en ze verafschuwen droogte. Strooi dennennaalden, schelpen, houtas of kalk om de bedreigde planten in de tuin. Dat vormt een droge barrière waar de slakken niet overheen willen. Plant verder veel lavendel, rozemarijn, salie, tijm, knoflook en hysop. Daar hebben de slakken een hekel aan. En maak de tuin zo aantrekkelijk mogelijk voor egels, spitsmuisjes, vogels, salamanders, kikkers en padden. Die zijn dol op naaktslak.
Ritnaalden zijn zeer taai en zijn alleen te
verdelgen door de grond af te zoeken. Een goed hulpmiddel daarbij
is, als men aardappelen doorsnijdt en met het snijvlak naar beneden
stevig in de grond drukt. Het gedierte verzamelt zich daaronder en
men kan ze van tijd tot tijd bijeen zoeken. Een verder hulpmiddel is
sla, dat men tussen de planten zaait en waarvoor de wormen een
voorliefde hebben. Zodra de planten beginnen te verwelken, kan men
ze met de wormen uittrekken.
Zaad beschermt men tegen vogels, als men het een
dag in water legt en met poedermenie bestrooit.
Mussen verdrijft men van de bedden, als men daarop een hazenpootje legt.
Plantenmest uit de keuken Werkwijze. Zoek een onoverdekt beschut plekje in de schaduw 1 x 1 meter. Bedekt het met een laag afval (25 cm) Onkruid binnen in: daar wordt het zó warm dat de zaadjes niet kunnen kiemen. Goed aanstampen. Dun laagje compostmaker erover. Ga zo door tot de berg ongeveer 1.2m is. Bij erg droog weer een emmer water eroverheen. Dan… rustig laten sudderen. Na 8 tot 10 weken in het binnenste prikken, als het daar zwart is en korrelig en zoet ruikt is de compost klaar. Wat kun je al zo gebruiken? Uit de keuken: theebladeren, bedorven fruit, schillen, voedselresten, groenteafval. Uit de tuin: gemaaid gras,oud strooi, onkruid, dierlijk- of menselijk mest, oude bloemen, snoeisel, bladeren.
Wat niet kan in de compostbult: zieke planten
(schimmels b.v.) takken, spaanders, brokken hout.
Kruidentuin Tijm, bieslook, bonenkruid, peterselie,
dragon, selderie, venkel, dille, kervel,en knoflook zo vers uit uw
tuin of balkon.
Werkwijze Een stukje tuin wat gelegen is in de volle zon (2 á 3
vierkante meters) spit u flink los. Strooi er een mest mengsel
overheen, waarin stikstof overheerst. Aanharken en verdelen in 10
rechthoekige stukjes. Even een regenbuitje er overheen en zaaien
maar in april. Houdt de grond vochtig tot de kruiden gaan groeien.
Knoflook kan wat recalcitrant zijn.De teentjes 1,5 cm onder de grond
stoppen. Peterselie en selderij verdagen elkander niet. Afstand
bewaren en niet naast elkaar zaaien. Voor flatbewoners in de
balkonbak gaat het net zo goed.
Grasveld Om een mooi grasveld te krijgen gaat u als volgt
te werk: grond diep loswerken, koeien- of varkensmest
meespitten en vochtig maken (regen of sproeien). Dan onkruid, stenen
en andere obstakels eruit halen. Gelijk harken en aantrappen of
rollen. Wachten op windstil weer. Terrein 10 vakken verdelen van 1
vierkante meter en elk vak bestrooien met plus mins 25 gram zaad.
Langs de randen iets meer zaaien. Hierna het zaad voorzichtig (niet
te diep) inharken.. Aanrollen of met planken onder de voeten de
grond aanstampen. Niet sproeien voordat ‘t gras is opgekomen.. Een
goed mengsel is: 20% gewoon roodzwenkgras, 30% fijn bladig
schapegras, 30% fijnbladig veldbeemdgras en 20% gewoon struisglas. O
ja de vogels, houdt ze uit de tuin. Ze zijn gek op graszaad. Maak
een vogelverschrikker en hippe broek een jasje van aluminiumfolie,
ritselt zo lekker, lukt het wel.
Bloemen en planten.
Rozen verbeteren de algemene conditie. Rozen regelen de bloeddruk.
Rozen vergroten het verlangen naar liefde..
Orchideeën, anjers en zelf tulpen wekken ook liefde op het zijn
‘liefdesbloemen.’
Alle chrysanten en geraniums het huis uit! Want die maken moe.
Verschrikkelijk moe. De bloemen scheiden kleine deeltjes af, die
bepaalde microben in de lucht vernietigen, resultaat: weg energie.
Aldus dr.Kurt Jeremias.
Planten gaan ook met vakantie zoals uw huisarts
naar cursus gaat. Vakantie is voor de meeste planten in de winter.
Ze hebben dan weinig water nodig, niet bemesten, op een koele plaats
zetten (een slaapkamer b.v. waar veel gelucht wordt, is een
paradijselijk oord). Maar er zijn ook planten die een tijdje
helemaal in retraite willen, zij prefereren volstrekte eenzaamheid
boven uw gezelschap, laat staan dat van uw gieter, Vooral
knolgewassen zijn daar sterk in: archimenes, knolbegonia, caldadium
en gloxinia. Laat naar de bloei de plant afsterven (de caladium
geeft zelf het sein door z’n bladeren e laten vallen) en zet de pot
in de kast, laat hem daar rustig overwinteren, ver weg van licht,
lucht, vocht en zon. EN KIJK ER NIET MEER NAAR OM. De hele winter
niet.
Pas in ‘t vroege voorjaar ontwaken ze uit hun winterdroom.Haal
deknollen uit de oude verdroogde aarde en pot ze op in verse
bloemistengrond. Zet ze warmer, geef ze langzamerhand wat meer te
drinken en.. ze zijn weer voor de hele zomer in hun knollentuin!
Vogels in de tuin. Sijsjes houden van hoge bomen, de kruin van de spar bijvoorbeeld; een nachtegaal zingt meer met overgave als hij/zij bed in laag struikgewas kan spreiden, met lekker veel brandnetels eronder.;De tjiftjaf is een laag-bij de-grondse nestelaar: in loofhoutbosje en roezig struikgewas; Kwikstaarten houden van een hol in oude boomstronk een gaatje tussen de dakpannen of een fijne brievenbus.; Merels zijn dol op taxushagen; Een groenvink nestelt in groenblijvende struiken (of fruithout); Tuinfluiters houden van dichte klimoppen.
Koolplanten als narcissen, krokus enz. moeten om
de paar jaar verplaatst worden en wel zo ver mogelijk uit elkaar,
daar te dicht op elkaar staande planten niet bloeien.
Tips voor rondom het huis.
Bloed verwijderen met melk.
Melk om bloed uit kleren, meubels of wat dan ook te
verwijderen. Je giet/dept de melk op de vlek. Laat het even
intrekken en dan spoel je het uit of je dept de melk weg met water.
Het werkt altijd, zelfs met oudere vlekken!
Het Ossengalzeepje.
Leg de modderige kleren eerst in een emmer met koud water,
zodat de modder naar de bodem zakt, anders gaat je wasmachine stuk.
Daarna de vlekken insmeren met ossengalzeep, even in laten trekken,
wassen met waspoeder: schoon !
Poep-, bloed-, pen- of vetvlekken: het wasgoed nat maken ( poep uitspoelen , vies werkje maar ja, van je eigen kind valt dat wel mee ) vlek insmeren met ossengalzeep, even in laten trekken, wassen met waspoeder: schoon !
Ossengal is goedkoop, je doet er erg lang mee en het is niet schadelijk voor het milieu !
Verflucht weg.
Heeft u een hekel aan een verflucht? Geen probleem, als u
in de ruimte waar geverfd wordt een in vieren gesneden ui neerlegt.
De ui absobeert de verflucht en omdat hij daardoor uitdroogt, heeft
u ook geen last van de lucht van de ui.
Melk tegen verfgeur.
Als u schildert met verf op terpentinebasis kan die
vervelende lucht nog lang blijven hangen in de ruimte. Vooral in de
slaapkamer is het niet prettig als er een doordringende verflucht
hangt. U kunt dat voorkomen door er een schaaltje volle melk neer te
zetten. De melk neemt de verflucht op en dat scheelt een hoop
ergernis. Na enkele dagen gooit u de melk gewoon weg.
——————————————————————————–
Mocht u ook nog een milieu vriendelijke Tip hebben?. Die hier nog niet bijstaat, dan kunt u die e-mailen naar: webmaster(at)polie.nl en hij zal dan zo spoedig mogelijk er bij geplaatst worden.